Alheyt van Limberghen

Noord-Nederlands schrijfster en verluchtster en non van het Benedictijnenklooster Feldwerd, nabij Appingendam. Voltooide op kerstavond 1491 een getijdenboek voor haar moeder Lyesebeth, gehuwd met de Deventer burger Johan van Limberghen.

Het colofon op folio 244r luidt als volgt: “Dit tyde boeck is ghescreuen ende gheilluminiert ouermids Suster Alheyt van Limberghen een onnutte nonne ten Olden Cloester by den dame ende het is gheeendicht int iaer ons heren doe men screef M cccc ende eenentneghentich op Keers Auent ter eren Godes ende nuttichheit ende lieften hoer liuer moeder der Eersamen vrouwen Lyesebeth van Limberghen ene huusvrouwe des Eerbaren Mans Johan van Limberghen hoers lieuen vaders Borgheren in der Eerlycker ende Heerlycker stad Deuenter Ende sie beghert voer hoer arbeit stedicheit uwes ghebedes.”

Het handschrift bezit nog twee volblad miniaturen (de overige zijn uitgesneden), met op folio f. 183v een Christus als Salvator Mundi en op folio 225r de Marteling van de tienduizend op de berg Ararat. Een direct voorbeeld voor de wijze waarop het thema van de marteling van de tienduizend is voorgesteld is niet voorhanden.

De voorstelling komt slechts weinig voor in de Noordnederlandse getijdenboeken en de ons bekende voorstellingen bieden geen aanknopingspunten voor het leggen van een onderling verband. Als er een voorbeeld is geweest moet dit in ieder geval dateren uit de 2e helft van de 15e eeuw, zulks op grond van de modieuze kleding die gedragen wordt door de keizer en zijn gevolg. Dit type kleding is met name algemeen gebruikelijk bij de figuren op de miniaturen die in de Zuidelijke Nederlanden vervaardigd zijn tijdens het mecenaat van Filips de Goede. Om deze reden behoort een Zuidnederlands voorbeeld niet tot de onmogelijkheden, temeer daar uit de bestudering van de figuratieve randversiering is gebleken dat Vlaamse voorbeelden zeker voor handen zijn geweest. Of zuster Alheyt deze voorbeelden in de eigen kloosterbibliotheek tot haar beschikking had of dat zij deze elders heeft geraadpleegd is niet te zeggen. Zeker kan daarbij gedacht worden aan de stad Deventer, een belangrijk cultureel centrum met haar Moderne Devoten en Latijnse school. De band van Alheyt met Deventer blijkt uit de familiebetrekkingen die in de kalender zijn opgenomen.

Catalogus

Belle, Musée De Puydt

Getijdenboek van Alheyt van Limberghen, Feldwerd, 1491

literatuur:

  • Le Blanc & Hermans 1985

Literatuur

Le Blanc & Hermans 1985

Bradley 1887-1889 –
Thieme-Becker 1907-1950
D’Ancona & Aeschlimann 1949 –